Boek 7: De donkere kamer van Damokles

1 Primaire gegevens
Auteur: Willem Frederik Hermans
Titel: De donkere kamer van Damokles
Uitgever: G.A. van Oorschot
Jaar van uitgave: 1958
2 Inhoud (samenvatting)
Henri Osewoudt moet op jonge leeftijd bij zijn oom en tante gaan wonen omdat Henri’s moeder zijn vader heeft vermoord. Henri heeft het moeilijk op school en maakt geen vrienden. Wel raakt hij goed bevriend met zijn nicht Ria. Er ontstaat meer dan alleen vriendschap tussen de twee; Henri besluit met Ria te trouwen en samen te gaan wonen. Hij wil samen met Ria de sigarenwinkel van zijn ouders voortzetten. Henri gaat bij de burgerwacht wanneer hij word geweigerd voor militaire dienst. Tijdens deze baan ontmoet hij een luitenant die Dorbeck heet. Luitenant Dorbeck is een dubbelganger van Henri. Dorbeck geeft een filmrolletje aan Henri die hij moet ontwikkelen. Nadat de foto’s zijn ontwikkeld, moet Henri ze naar meneer Jagtman sturen. Wanneer de foto’s mislukken, durft Henri ze niet meer op te sturen. In plaats van de echte foto’s op te sturen, maakt hij zelf nieuwe foto’s.
Dorbeck geeft Henri de opdracht om twee mannen om te brengen. Henri word echter verraden door de zoon van de drogist, die net naast de sigarenwinkel zat. Henri hoort vervolgens drie jaar niks van Dorbeck. Op een gegeven moment krijgt Henri de opdracht om de foto’s naar Den Haag te sturen. Een paar maanden hierna hebben Duitse soldaten Henri’s moeder en zijn vrouw Ria opgepakt. Henri is hierdoor genoodzaakt om een valse identiteit aan te nemen. Een student regelt dat Henri een nieuwe identiteit krijgt. Terwijl Henri een nieuwe identiteit krijgt, wordt hij verliefd op een meisje genaamd Marianne. Na opnieuw een opdracht te hebben ontvangen van Dorbeck, voert Henri ook deze uit. Henri heeft namelijk de opdracht gekregen om een Gestapo te vermoorden. Ze proberen Henri echter samen met Marianne op te pakken, maar Henri weet aan de arrestatie te ontkomen.
Na een tijdje weet Henri Dorbeck te vinden en maakt Henri een foto van hun twee in de spiegel. Ook krijgt hij van Dorbeck een kostuum om de Zwangere Marianne op te zoeken. Zo zou hij namelijk niet worden herkend. Wanneer hij Marianne opzoekt komt hij erachter dat hun kind dood is. Na dit alles wordt Henri in Nederland ervan beschuldigd dat hij de Duitsers heeft geholpen. Dit is niet waar want hij streed juist in het verzet tegen de Duitsers, in opdracht van Dorbeck. Het probleem is alleen dat Henri niet kan bewijzen dat Dorbeck bestaat want de foto van hun twee blijkt te zijn mislukt. Henri probeert op het einde te vluchten, maar bij zijn vluchtpoging wordt hij doodgeschoten.
3. De verdieping
3.1 Compositie en tijdsverloop
Het verhaal is chronologisch verteld. In het begin van het boek was er sprake van tijdsverdichting, en later worden er toch ook wel tijdsprongen gebruikt. De vertelde tijd loopt van ongeveer 1932 tot 27 december 1945. Er zijn 46 episodes, hoofdstukken zonder titel, in het boek. De eerste 30 gaan over zijn jeugd, over het verzet en de gevangenschap van de Duitsers. Dit gaat tot april 1945. De rest van het boek, tot december 1945, gaat over dat hij in de handen is van de Nederlanders en dus gevangen zit. Het boek begint met het leven van de jonge Osewoudt, en eindigt met de dood van deze hoofdpersoon. Het boek heeft dus een gesloten eind, maar ook een open einde, want je weet nog niet of Dorbeck heeft bestaan.
3.2 Ruimte
Het verhaal speelt zich af in Nederland. Osewoudt reist door het verhaal heen naar verschillende plaatsen in Nederland: Leiden, Voorschoten, Amsterdam, Den Haag en Scheveningen. Deze plaatsen hebben geen invloed op het verhaal. Wel is de omgeving waar het verhaal zich afspeelt vaak donker, en somber.
3.3 De wijze van vertellen
Het perspectief in het verhaal is een alwetende verteller. Hij vertelt het verhaal van boven af.
Voorbeeld blz. 172:
Een kwartier zeiden ze geen woord. Hij stapte van het bed, deed het licht uit, opende de gordijnen en het raam. Van buitenaf kwam haast geen licht de kamer binnen.
- Je hebt mij de verschrikkelijkste dingen verteld.
- Ja.
Hij ging weer naast haar liggen.
3.4 Thema
Thema: Zelf de werkelijkheid wel weten, maar niet kunnen aantonen welke dat is.
Osewoudt kan namelijk zonder de foto niet aantonen dat Dorbeck bestaat, maar zelf blijft hij volhouden dat hij bestaat. Je ziet echter alles door de ogen van Osewoudt, en op een gegeven moment ga je zelf twijfelen of Dorbeck niet een verzinsel is, omdat hij gewoon niet verschijnt op de momenten dat hij moet verschijnen. Bovendien komen er zoveel onwerkelijke gebeurtenissen voor in het verhaal, dat je snel aan sommige dingen gaat twijfelen.
Osewoudt krijgt verschillende opdrachten van Dorbeck, zoals bepaalde mensen uit de weg ruimen. Maar eigenlijk weet Osewoudt niets van Dorbeck, en de lezer dus ook niet. Als Dorbeck wel bestaan heeft, wie was hij dan en wat deed hij? Zelfs na het boek helemaal gelezen te hebben blijf je met vragen zitten. Je hebt geen greep meer op de realiteit en dat is denk ik de hoofdgedachte van dit boek. De mens is slachtoffer van omstandigheden en toevalligheden.
3.5. Personages
Henri Osewoudt: Zijn leeftijd is in het boek van 12 tot en met 24 jaar. Hij heeft vergroeide voeten (door judo), hij is erg wit en heeft bolle wangen, zijdeachtig haar en hij heeft geen baardgroei. Hij is eigenaar van een sigarenwinkel, die hij overgenomen heeft van zijn vader. Zijn moeder vermoordde zijn vader toen hij nog jong was, daarom is hij opgevoed door zijn oom. Hij heeft weinig contact met anderen en hij trouwt met zijn zeven jaar oudere, lelijke nicht Ria. Ria was de dochter van zijn oom Bart. Z'n karaktertrekken zijn: hij is snel boos, maar hij is ook zeer behulpzaam, want hij staat voor iedereen klaar.
Dorbeck: Zijn leeftijd is onbekend, maar gok dat hij ongeveer net zo oud is als Henri. Zijn uiterlijke kenmerken zijn dezelfde als die van Henri omdat hij een dubbelganger is, maar Dorbeck heeft alleen geen vergroeide voeten en heeft wel baardgroei en heeft zwart haar. Zijn beroep is officier in het Nederlandse leger. Hij is heel geheimzinnig, hij geeft alleen informatie die echt noodzakelijk is. Hij komt in het verhaal ook steeds onverwacht voor.
Marianne: ze is een ondergedoken joodse studente, die op Henri verliefd raakt en andersom. Ze verft het haar van Henri zwart, en zo ontmoeten ze elkaar ook. Nadat ze van Henri's kind een miskraam heeft gehad, gaat ze terug naar Israël (dit is aan het einde van het boek). Henri schrijft nog wel brieven naar haar, maar deze beantwoordt ze niet.
3.5. Titel, ondertitel en motto
De titel van het boek: De donkere kamer van Damokles.
De donkere kamer slaat op de foto's die Osewoudt ontwikkelt in een donkere kamer. Deze foto's zijn erg belangrijk en duiken steeds weer op. Een van de foto's moet aan het eind van het verhaal het bewijs leveren dat Osewoudt onterecht gevangen zit. Op de foto staat hij namelijk samen met zijn dubbelganger Dorbeck, waar de politie hem voor aanziet. Zonder deze foto kan hij niet bewijzen dat Dorbeck bestaat.
De donkere kamer zou ook nog kunnen slaan op de cellen waar Osewoudt in gevangen wordt gehouden.
'Damokles' komt van de uitdrukking: Het zwaard van Damokles en duidt op een voortdurende dreiging. Deze dreiging ervaart Osewoudt, omdat de foto gevonden moet worden.
Het motto:
Het motto staat achter in het boek, en zegt ook veel over het thema van het boek. Het is geschreven door Ludwig Wittgenstein:
“Ik kan hem zoeken als hij er niet is, maar hem niet ophangen als hij er niet is.
Men zou kunnen willen zeggen: ‘Dan moet hij er toch ook zijn als ik hem zoek.’
-Dan moet hij er ook zijn als ik hem niet vind, en ook als hij helemaal niet bestaat”
Dit slaat terug op Osewoudt die maar niet kan aantonen dat Dorbeck bestaat. Hij probeert hem te vinden maar dat lukt niet.
Het boek heeft geen ondertitel.
4. Keuzeopdracht
* Maak een toneeltekst van een boekfragment (blz. 96):
OOM BART
* buigt zich hijgend naar Osewoudt, zijn mond open*
Wat is dat nou?
OSEWOUDT
* boos*
Ik zeg dat het sturen van een advocaat geen enkele zin heeft, want de Duitsers zullen er niet op ingaan. Heus, Hitler is niet hetzelfde als Hegel, als begint het allebei met een H! Ja, als we konden betalen, twintigduizend gulden, vijftigduizend gulden, dan misschien!
*neemt zijn hoed af*
OOM BART
*verbaast*
Maar jij, wat is er met jou aan de hand? Heb jij je haar laten verven? Hoe kom jij aan zwart haar?
OSEWOUDT
* boos*
Laat u mij los! Wat? Zwart haar? Ja, mijn haar is geverfd! En weet u waarom? Omdat ik het ben die door de Duitsers wordt gezocht! Ik, ik alleen! Begrijpt u het nu? Omdat ik niet thuis was, daarom hebben ze moeder en Ria meegenomen!
Maak jouw eigen website met JouwWeb